La douce France
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen in 2017 op Dazibao 1060, een blog over de gemeente Sint-Gillis. Het voorgaande deel is Lichaam of Geest?
Enkele weken later was er antwoord uit Frankrijk:
“Kameradski!
Dank je hartelijk voor je brief! Hoe is het met jou? Mijn kinderen en vrouw maken het goed. Onze tweeling groeit als kool en ze spreken reeds hun eerste woordjes. C werkt nu voor Unesco; beschermd gebied en patrimonie in de Dordogne moet behouden blijven voor ons nageslacht. Dit vergt constant overleg en strijd want boeren willen het natuurgebied gebruiken voor de landbouw, gemeenten voor nieuwe autowegen en uitbaters kunnen niet wachten om mooie oude houten gebouwen af te breken voor hun betonnen hotels welke enkel in de zomer gevuld zullen zijn. Ze levert een taaie strijd tegen kortzichtige geldwolven. Maar ook ik ben aan het strijden! Nog even want deze zomer is het gelukkig gedaan. Dan kan ik mijn wijnstudie afronden en is het eindelijk tijd voor vakantie! Even rust en aandacht voor mijn gezin. Daarna begin ik bij een dichtbijgelegen wijnhuis en help ik mee met de vendange, de druiven moeten eind zomer nog naar binnen.
Oui monsieur, c’est vrai, nous vivons dans la nature!
Zo fijn is het om vogeltjes te horen kwetteren, duiken in de frisse rivier en vossen achter hazen zien gaan. Groen, wij kiezen ervoor! Al is het soms moeilijk om zo ver weg van al onze vrienden en familie te zijn, en gemakken te moeten missen als een goede bioscoop of een gezellig café. Toch is de lucht hier zuiverder, het eten vers van de boer, volop bloemen voor de bijen, meer rust en vree, minder fijnstof en volatile organic compounds. Heerlijk! Maar hoe staat het ermee in Brussel? Bevalt de stad je? De stadwaar nog steeds het gros voor de auto kiest. De straten vol blik op wielen waarin mensen uren lang als domme schapen achter elkaar sjokken en ondertussen hun kinderen op de achterbank met dieseldampen aan het vergiftigen zijn. Ik las dat Brussel een van de Europese steden is met het minst groen per vierkante meter en meer dan menige andere stad te kampen heeft met vervuiling. Houd je het nog uit in de armoedige, vijandige, betonnen wereld?
De Amerikaanse professor John Wargo heeft voor zijn boek Green Intelligence zeer grondig onderzoek gedaan naar de effecten van vervuiling, uitlaatgassen en chemische producten op onze gezondheid. Ik schrok toen ik het las! Tsjongejonge…. Vooral de verspreiding van kankerverwekkende en hormoonbeïnvloedende stoffen als Bisphenol-A en DEHP, die door het gebruik van plastic in ons voedselketen terecht komen, en daarmee in ons lichaam, baart me ernstig zorgen. Mijn arme kinderen! Zij lopen nog het meeste gevaar!
C en ik proberen nu zoveel mogelijk zonder plastic te leven. Beter vergiftiging voorkomen dan ons lichaam genezen. De plastic flessen met water komen ons huis niet meer in! Water direct uit de kraan is gezonder. Ook nemen we voortaan een katoenen tas mee naar de markt, weigeren de plastic tas bij de kruidenier en kopen bewust geen plastic speelgoed meer voor onze kinderen. Vooral over speelgoed van buiten de EU hoor je de meest nare verhalen, ze nemen het daar niet zo nauw met de veiligheidsregels. En op het moment we iets aanschaffen kijken we kritisch naar de verpakking, want ik betaal liever iets meer voor mijn goederen verpakt in bioplastic dan mee te doen met die manipulatieve milieuvervuilers. Helemaal plasticvrij leven lukt alleen nog niet. Dat is enorm moeilijk, kijk maar eens goed om je heen.
Trouwens, wij hebben onlangs elektrische fietsen gekocht! Nu gaan we weer vaker fietsen. Lekker bewegen: wat een genot! En goed voor de gezondheid. Met gemak kunnen we de heuvels aan, naar de dichtstbijzijnde stad voor een bezoek aan de markt of een tocht maken puur voor het plezier. Het was de investering meer dan goud waard!
Wat betreft de eeuwenoude discussie tussen lichaam en geest, die zal nooit ophouden, vrees ik, en de huidig strijd in het Midden-Oosten evenmin. Als de kranten en televisiezenders weer berichten over het fanatisme dan moet ik altijd denken aan het boek Lila van Robert Pirsig, waarin is geschreven:
You are never dedicated to something you have complete confidence in. No one is fanatically shouting that the sun is going to rise tomorrow. They know it’s going to rise tomorrow. When people are fanatically dedicated to political or religious faiths or any other kinds of dogmas or goals, it’s always because these dogmas or goals are in doubt.
Maar ik wil je delen in een ander interessante verklaring voor het fanatisme: onlangs las ik het boek Flow van de wereldberoemde Hongaarse psycholoog Mihaly Csikszentmihaly waarin hij beschrijft dat ons bewustzijn, en in het bijzonder ons zelfbewustzijn, naar chaos dreigt te vervallen. De beweging naar hoge entropie, een hoge graad van moleculaire wanorde in een systeem, is ook de natuurlijke neiging van ons brein. Zet iemand in een isoleercel, zonder geluid en licht, zonder menselijk contact, waarbij het enige wat de gevangene met de buitenwereld verbindt het voedsel is wat hem dagelijks vanuit een luikje in de muur wordt toegeschoven, en hij kwijnt weg. Het bewustzijn van de gevangene gaat te gronde. Wat Csikszentmihaly nog meer beschrijft is dat de mens verscheidene activiteiten en manieren verzint om de chaos in zijn hoofd tegen te gaan, het brein te ordenen, het bewustzijn tot rust te brengen en angsten en onzekerheden te temperen. We proberen alle indrukken op een rijtje te zetten door in taal te communiceren of door bezigheden als werken, kunst maken, muziek, sport. En sedert eeuwen: religie!
We kunnen onszelf helemaal verliezen in onze bezigheden en geven er alle aandacht aan, opdat we vervolgens in een flow komen. Alles om ons heen verdwijnt op dat moment. De buitenwereld bestaat gewoonweg niet meer. Tijdens de flow is er geen IK meer. Zijn er geen gedachten meer, geen angsten of negatieve herinneringen, geen “oh, ik moet dit nog, ik moet nog zo.” Er is louter een gevoel van verbondenheid met de bezigheid en het moment, een transcendente ervaring waar het zelfbewustzijn verdwijnt. Daarom vind ik de film Cast Away, waarin Tom Hanks op een onbewoond eiland aanspoelt en als een hedendaagse Robinson Crusoe probeert te overleven, ook zo bijzonder treffend! Je ziet duidelijk dat de hoofdpersoon Chuck er alles aan doet om niet gek te worden. Met andere woorden; hij verzint bezigheden om zijn brein niet te laten vervallen tot chaos, hoge entropie tegen te gaan, en begint te praten met de volleybal Wilson. Zijn vriendje op het eiland.
Een heerlijk gevoel die flow! We kennen het allemaal. Maar Csikszentmihaly waarschuwt in zijn boek ook voor excessieve flow. Sommigen gaan zo in hun flow op, als in hyperextase, dat ze als een dolle stier door het weiland rennen en alles op de horens nemen. Alles wijkt voor de flow. Zelfs menselijke waardigheden en de gevoelens en grenzen van de ander. Nu kan ik me zoiets ook wel voorstellen bij religieuze fanatici. Begrijp je?
Bon, lees dat boek maar eens, het zal je ogen openen. Ik houd het voor gezien, de zon gaat onder en het getjilp buiten dooft langzaam uit. Houd je taai daar in de grote stad, the concrete jungle. Gegroet kameradski! Maar voordat ik ga slapen, pak ik nog een glas whisss, zet me in mijn leren stoel en luister naar die oude, rauwe hiphop van Group Home. Die gangsterknapen uit Brooklyn hadden het in ’95 al door:
Peace!”